Sterke, soepele en pijnvrije gewrichten: Osteoporose voorkomen (Deel 1)

Sterke botten zijn van levensbelang. Ze dienen verschillende functies in het lichaam. Ze betrokken bij het uitvoeren van bewegingen en zorgen voor bescherming en stabiliteit. Daarnaast produceren botten onder andere bloedcellen en is het een belangrijke plaats voor de opslag van mineralen. Het speelt een zeer belangrijke rol in de handhaving van de homeostase. Met de homeostase wordt bedoeld dat alle lichamelijke processen in balans zijn. Een verstoring van de homeostase in het botweefsel of elders in het lichaam kan leiden tot verschillende problemen. 1 voorbeeld daarvan is botontkalking, oftewel osteoporose.

Osteoporose

Osteoporose is een aandoening van het skelet. Het wordt gekenmerkt door een verlaagde Botmineraaldichtheid, BMD. Dit zorgt ervoor dat de botten brozer en zwakker worden. De kans op fracturen neemt daardoor toe (1).

In 2019 hadden naar schatting 505.900 personen osteoporose: 79.700 mannen en 426.100 vrouwen. Dit komt overeen met 9,3 osteoporosepatiënten per 1.000 mannen en 48,8 per 1.000 vrouwen (2).

Wanneer er een vermoeden is van osteoporose wordt er een meting van de botmineraaldichtheid van de lendenwervelkolom en de heupen gedaan. Dit gebeurt met een Dual energy X-ray Absorptiometry (DXA) (1). In de volksmond wordt dit ook wel een Dexa-scan genoemd. 

Op basis van deze scan kan er een uitspraak gedaan worden over de botmineraaldichtheid:

  • Normale BMD
  • Osteopenie: de BMD is verminderd, maar er is nog geen sprake van osteoporose. 
  • Osteoporose
  • Ernstige osteoporose; osteoporose dat gepaard gaat met osteoporotische fracturen (1)

De behandeling en de gevolgen van osteoporose brengen hoge zorgkosten met zich mee. In 2017 waren de uitgaven aan de zorg voor osteoporose 116,6 miljoen euro. De uitgaven aan de zorg voor osteoporose zijn voor mannen en vrouwen het hoogst in de leeftijdscategorie 70 tot en met 74 jaar (4)

Opbouw gewrichten

Een gewricht is de schakel tussen 2 bewegende botten. Die botten worden gestabiliseerd en bij elkaar gehouden door het gewrichtskapsel. In of rondom dit gewrichtskapsel bevinden zich verstevigende banden, ook wel ligamenten genoemd.

Beide botten, bevatten afhankelijk van het soort gewricht, een bepaald type kraakbeen. Het gaat hierbij om hyalien kraakbeen en fibreus kraakbeen. kraakbeen heeft meerdere functies. Het zorgt onder andere voor  schokdemping. Ook maakt gezond kraakbeen soepele bewegingen mogelijk. In sommige gewrichten draagt kraakbeen tevens bij aan de stabiliteit. Het doet dit door te zorgen voor een goede congruentie in de gewrichten zelf. Een voorbeeld hiervan zijn de menisci binnenin het kniegewricht. 

Voor een optimaal functioneren van de gewrichten is het belangrijk dat er voldoende gewrichtssmeer aanwezig is. Dit gewrichtssmeer wordt ook wel synoviaal vloeistof genoemd. Dit synoviale vloeistof wordt door het synoviale membraan geproduceerd. Het synoviale membraan is de binnenste laag van het gewrichtskapsel. Het synoviale vloeistof maakt soepele bewegingen mogelijk en voedt daarnaast het gehele gewricht van binnenuit.

knee, old, care

Opbouw botten

Iedereen weet dat wanneer een bot gebroken is deze in principe weer kan helen. Dit gebeurt echter niet zomaar. Hier zijn onder andere bot opbouwende cellen voor nodig. Deze botopbouwende cellen worden osteoblasten genoemd. Samen met osteoclasten streven ze naar een balans tussen de opbouw en afbraak van botweefsel.

Wanneer dit proces verstoord is kunnen er problemen ontstaan. Bij overmatige botaanmaak kunnen er botwoekeringen ontstaan. Dit kan zorgen voor pijnlijke en stijve gewrichten. Aan de andere kant kan er bij een verhoogde botafbraak botontkalking, oftewel osteoporose, ontstaan.

Bot is voornamelijk opgebouwd uit de proteïne collageen. Daarnaast bevat het de mineralen calcium, fosfaat en (calcium -) hydroxyapatiet. Ook wordt magnesium en carbonaat opgeslagen in de botten. Het bevat tevens polysachariden en glucosaminoglycanen. Dit zijn verbindingen van eiwitten en lange suikerketens. Naast magnesium worden ook andere mineralen in het bot opgeslagen. Deze mineralen zijn strontium, natrium en kalium. Ook bepaalde spoorelementen zoals zink, mangaan en molybdeen zijn te vinden in het bot (5).

Er zijn factoren bekend waardoor deze botstructuren worden aangetast. Het bot verliest hierdoor zijn stevigheid en robuustheid. Dit is is geen proces wat altijd bij de veroudering hoort, maar meer het gevolg van leefstijl. 

Risicofactoren voor zwakkere botten

Er zijn verschillende factoren die de kans op de achteruitgang van het botweefsel kunnen vergroten. Veelal wordt er gedacht dat het poreuzer worden van de botten, en in een later stadium zelfs osteoporose, met het ouder worden te maken heeft. Dit is echter niet het geval. Osteoporose is er niet plotseling. Er is steeds meer wetenschappelijk bewijs dat aantoont dat osteoporose meer een leefstijl gerelateerde aandoening is. Dit is goed nieuws. Want dit betekent ook dat het in veel gevallen voorkomen kan worden. Het is lastig om een specifieke oorzaak aan te wijzen. Vaak zijn de oorzaken multifactorieel. Oxidatieve stress, (laaggraddige) chronische inflammatie en nutriënten tekorten spelen hierbij een grote rol.

Om hier een duidelijker beeld van te krijgen zijn er een aantal risicofactoren in kaart gebracht. Er worden doorgaans een onderscheid gemaakt in beïnvloedbare en niet-beïnvloedbare risicofactoren.

Niet-beïnvloedbare risicofactoren:

  • Hogere leeftijd; vanaf het 35e levensjaar verliezen mannen en vrouwen 0,5%-1% aan botmassa per jaar (6).
  • Vrouwelijk geslacht:
    • Vrouwen bereiken een lagere piekbotmassa dan mannen en hebben hierdoor een groter risico op het ontwikkelen van osteoporose (6).
    • Ook hebben vrouwen een groter risico op osteoporose, omdat in de menopauze de oestrogeenspiegels dalen. Tot wel 10 jaar na de start van de menopauze kan het verlies van botmassa 3-5% per jaar zijn (6). De menopauze heeft een daling van de oestrogeenspiegels tot gevolg. Oestrogeen remt de botafbraak (7). Echter zijn er steeds meer aanwijzingen dat dit wel te beïnvloeden valt.
    • Vrouwen met een klein, tenger postuur en een blanke huidskleur hebben ook een verhoogd risico.
  • Genetische oorzaak; De hoogte van de piekbotmassa wordt deels erfelijk bepaald (8).

Beinvloedbare risicofactoren:

  • Verhoogde alcohol-inname; Dit is al het geval bij 2 glazen per dag. De kans op osteoporose wordt hierdoor 1,34x groter (9).

  • Roken; verhoogd het risico op zwakke botten, doordat het het oxidatieve stress in het lichaam verhoogd en inflammatie stimuleert (10).

  • Ongezond voedingspatroon:
    • Te veel geraffineerde suikers; Inname van (te veel) geraffineerde suikers leidt tot chronische inflammatie (11). Dit leidt tot het verlies van botmassa (12).
    • Een verstoorde ratio omega 6 en omega 3 vetzuren (lees er hier meer over); Te hoge inname van omega 6 vetzuren leidt tevens tot chronische inflammatie (13). Verlaging van de inname van omega 6 en verhoging van de inname van een zuivere, goed gedoseerde omega 3 kan dit deze inflammatie tegengaan. Een
    • Te weinig proteïnen; Botten bestaan voor het grootste gedeelte uit collageen. En omdat collageen een proteïne is hebben we deze eiwitten uit onze voeding nodig om de botten op te bouwen (14),
    • Te veel Proteïnen; Te veel (dierlijke) proteïnen worden ook geassocieerd met een lagere botmineraaldichtheid. Een verklaring hiervoor is dat het de PH in het lichaam verlaagd. Dit leidt tot een verstoord zuur-base evenwicht met verlies van botmassa tot gevolg (15).
    • Te weinig groenten en fruit; In voedingspatronen waarin veel groenten en fruit word genuttigd wordt er een positief effect gezien op de botmineraaldichtheid (16). Een verklaring hiervoor is dat groenten en fruit de PH in het lichaam verhogen. Het zorgt voor een ”alkalisch” milieu in plaats van een ”zuur milieu. Dit verbeterde zuur-base evenwicht is positief voor sterke botten (17).
    • Veganisten en vegetariërs; Volgens Sommige studies hebben vegetariërs meer kans op osteoporose wanneer ze niet op hun calcium inname letten (18). Ook krijgen ze doorgaans meer oxaalzuur en fytaten binnen vanuit plantaardig voedsel. Deze stoffen staan er om bekend de opname van mineralen, waaronder calcium, te verhinderen (19).
    • Te hoge natrium inname. Een te hoge inname is voornamelijk het gevolg van het consumeren van geraffineerd voedsel, bewerkt vlees en het eten uit potjes, zakjes en blikjes. Een verhoogde inname zorgt voor een verhoogde excretie van calcium uit de botten met de urine (20).

  • Gebruik van bepaalde medicijnen; Vooral corticosteroïden (prednison) maar ook laxeermiddelen, maagzuurbindende middelen, anti-depressiva, anti-epileptica en bijvoorbeeld chronisch heparine gebruik (21).

  • Geen of weinig- lichaamsbeweging; De botopbouwende osteoblasten reageren op mechanische belasting met de productie van nieuw botweefsel. Dit doen ze in samenwerking met de osteocyten (22).

  • Bepaalde ziekten of aandoeningen; zoals een te snel werkende schildklier (23), astma (24), bepaalde, maag- darmziekten, anorexia en levercirrose. Dit aandoeningen verhinderen de opname en verwerking van voedingsstoffen beïnvloedt.

  • Een tekort aan de vitaminen D3 en K, voornamelijk K2 en mineralen zoals silicium, strontium, magnesium, borium, kalium, zink, calcium, fosfor mangaan, molybdeen en magnesium.

Hoe krijgen we sterkere botten?

Wanneer mensen met broze botten bij een specialist of hun huisarts terecht komen wordt er, afhankelijk van de ernst van de klachten, gestart met medicatie. Deze medicijnen brengen vaak vele nadelen met zich mee en zorgen niet voor een versterking van het bot. Bepaalde medicijnen zijn:

  • Bisfosfanaten: remmen afbraak bot
  • Hormoonsubstitutie: testosteron bij mannen, oestrogeen bij vrouwen. Mannen en vrouwen krijgen soms beide calcitonine. Dit schildklierhormoon remt de afbraak van bot.

Onderzoek laat zien dat medicatie vaak bijwerkingen geeft en niet structureel een herstel van het botmetabolisme geeft. Een combinatie van interventies die de oorzaken aanpakt en het botmetabolisme herstelt is efficiënter in dit geval. Hierbij valt te denken aan:

  • Beweging: Door druk- en trekkrachten die tijdens bewegingen op het bot worden overgebracht zorgen voor een prikkel die de botten stimuleren om sterker te worden. Des te groter de impact is, des te meer prikkels op het bot worden uitgeoefend. Hardlopen en wandelen zijn daarom in dit geval beter dan bijvoorbeeld fietsen en zwemmen (23).
  • Stressreductie: In de huidige westerse samenleving ervaren veel mensen chronische stress of depressie. Het is belangrijk om hier wat aan te doen, omdat er aanwijzingen zijn dat stress de kans op osteoporose verhoogd (24). Het aanpakken van deze stress is op veel verschillende manieren mogelijk. Sommige mensen sporten, wandelen, lezen of gaan naar een yoga les voor ontspanning.
  • Vitamines en mineralen: Vitamines en mineralen uit voeding en supplementen vallen onder het begrip ”nutriënten”. Verschillende nutriënten dragen bij aan een goed functionerend botmetabolisme. Dat wil zeggen dat de botafbraak en botopbouw in evenwicht is. Een voorbeeld van zo een nutriënt is calcium. Iedereen weet dat dit mineraal belangrijk is voor stevige botten. Het is alleen zo dat calcium het werk niet alleen kan doen.

Meerdere vitamines en mineralen zijn hiervoor nodig. Naast calcium zijn ook vitamine D3 en K, voornamelijk K2 en mineralen zoals silicium, strontium, magnesium, borium, kalium, zink, calcium, fosfor mangaan, molybdeen en magnesium van belang. In dit artikel wordt besproken welke rol de verschillende nutriënten spelen in het botmetabolisme, in welke voeding het voortkomt en welke suppletie zeer handig kan zijn voor sterkere botten.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *